Mark en Corine Godeschalk
Een spannend rondje hardlopen
Een gezonde geest in een gezond lichaam. Dus doe ik twee keer per week aan hardlopen. Ook als ik deze week niet thuis ben in Bunia, maar een aantal dagen in een ziekenhuis in een dorpje werk. Ik heb een route uitgezocht en kijk ik af en toe op mijn telefoon aan mijn arm. Het is nog vroeg. Ik groet de mensen in de dorpjes waar ik doorheen ren. Rumoer achter me. Dat is wel vaker. In de stad Bunia is hardlopen gebruikelijker dan hier landelijk. En een witte die rondrent heeft sowieso meer bekijks. Maar dan hoor ik dat enkele mensen verderop op hun akkers ook naar me roepen. Plotseling zie ik een groepje achter me aan komen, heftig gebarend dat ik moet stoppen.
Ineens staan er allerlei mensen om me heen. Sommigen hun landbouwtools nog in de hand. Spanning. Waar kom ik vandaan? Waar ga ik heen? Wie ben ik? Als ik dan in het ziekenhuis werk, wat zijn namen van de leidinggevenden daar? Ik voel me bedreigd. Maar er is wél gesprek. Ik geef antwoord, leg uit in het Swahili. Nou, goed, je mag verder. Ik hol een hellinkje af, spring van steen tot steen over een beekje. En kan dan het weggetje naar boven niet vinden. Een stukje de helling op kijk ik op mijn telefoon, waar is dat pad? Opnieuw geroep, gebaren, ze komen weer achter me aan. Nu nog bozer. Ik loop naar ze toe, met mijn handen omhoog alsof ik me overgeef, terwijl ik denk aan de veiligheidstraining die we ooit volgden. Wat heb je aan je arm? Spioneer je? (Pakken zij mijn telefoon straks af?) Ben je Chinees? Of van een gewapende groep?
Bodyguard
Ik stel voor dat ik met
mijn telefoon de baas van het ziekenhuis bel. Die neemt niet op. Eén van hen presenteert
zich als de verantwoordelijke voor veiligheid in het dorpje waar ik ben. Hij is
ook aanspreekpunt voor gezondheidsissues daar. We hebben een klik en de menigte
kalmeert. Hij dwingt me terug te gaan naar waar ik vandaan kom onder zijn
escorte. Verder lopen zou me in het volgende dorp weer problemen opleveren,
zegt hij. Hij voelt zich verantwoordelijk voor mijn veiligheid. Natuurlijk
luister ik. Ik ben allang blij dat ze weer rustig zijn. Zo loop ik terug met
mijn bodyguard. Hij is gelukkig wel te porren voor een beetje hardlopen - hij
speelt immers voetbal. Dus rennen we met een groepje jongeren terug het dorp
door. Ik met een grijns van opluchting.
"Zeker, Congolezen zijn niet gewend aan rondrennende ‘witten’. Maar dit gaat verder. De kern is angst."
Geest
Het doet me denken aan een zelfde situatie een tijdje terug toen ik in een ander dorp werkte. Ik was ’s ochtends vroeg op de terugweg van mijn hardlooprondje. De eerste mensen vertrokken naar hun akkertje. De meesten groetten me vriendelijk. Maar een koppel jonge vrouwen op afstand blijft staan. Hun gezicht verstrakt. Ze verstijven heel even. Dan draaien ze zich om en rennen weg voor mij uit. Hun tools laten ze achter. Vlak voor ik ze inhaal, groet ik ze. Jambo? Musiogope (Niet bang zijn!), roep ik. Ze stoppen met een opgeluchte en verlegen lach op hun gezicht. Dachten ze dat ik een geest was? Of dat ik zelf op de vlucht was voor iets achter me?
Angst
Wat zegt dit over Oost-Congo? Waarom reageren mensen zo? Zou jij ook zo reageren op een onbekende in jouw straat?
Zeker, Congolezen zijn niet gewend aan rondrennende ‘witten’. Maar dit gaat verder. De kern is angst. De overgrote meerderheid van de Congolezen hier is getraumatiseerd. Sommigen ernstig, op een manier die hen belemmert om hun dagelijks leven op te pakken. Ze zitten thuis en er komt niets uit hun handen. Anderen hebben niet door dat ze psychische problemen hebben, maar die komen er uit als lichamelijke klachten: chronische buikpijn, maagklachten, vermoeidheid. Ik ontmoet ze op het spreekuur. Gelukkig kunnen de meesten min of meer door met hun leven. Maar als er onverwachts een vreemd persoon iets vreemds doet dan komt ineens dat overheersende gevoel van angst terug. En dan reageren ze met agressie of met vluchten.
Het spijt me ontzettend als ik mensen zo de stuipen op het lijf jaag. Ik weet - eigenlijk kan ik er ook niets aan doen - want soms weet ik niet eens wat mijn gedrag voor impact heeft. Ik probeer rustig te blijven, begrip te tonen en zuig hun angst op. Om er dan later - op een rustig moment - met mensen over te praten. Dan kunnen we er gelukkig met z’n allen ook wel over lachen.
God weet wie hier over twintig jaar nog spreekt over die ochtend dat er een witte geest het dorp doorrende. Ik hoop dat er dan om gelachen wordt. Maar ik bid vooral dat al die gebroken mensen bij Iemand heling vinden. En een veilig bestaan.
Over Mark en Corine
Mark en Corine Godeschalk wonen en werken in de Democratische Republiek Congo. Ze wonen hier samen met hun kinderen Thijmen, Aron en Aimée. Mark is tropenarts en ondersteunt het medisch bureau en de verschillende klinieken van de Communauté Emmanuel. Corine is biomedisch ingenieur en werkt als projectcoördinator voor de Communauté Emmanuel.